“Ik voelde me een eng, vies monster”

Wanneer Emma* (18) als zestienjarig meisje verkracht wordt, staat haar wereld op z’n kop. In één klap gaat ze van een sociale, onbezorgde tiener, naar iemand die niks meer durft en zichzelf een vies monster vindt. In dit verhaal deelt Emma over haar heftige ervaring én vertelt ze hoe haar behandeling bij Mentaal Beter heeft geholpen om weer beter in haar vel te zitten.

Trigger warning: dit ervaringsverhaal bevat expliciete beschrijvingen van seksueel geweld en verkrachting. Het verhaal kan confronterend zijn voor lezers die zelf trauma’s hebben meegemaakt of iemand kennen waarbij dit is gebeurd. Wees voorzichtig met jezelf en sla het lezen eventueel over als je merkt dat het te zwaar voor je is.

“Als zestienjarig meisje was ik vrolijk, blij en onbezorgd. Mijn leven was druk en sociaal, er was altijd wel iets te doen. Ieder weekend was ik op pad met vrienden en vriendinnen en op ieder feest stond ik te dansen. Was er geen feestje, dan bracht ik de tijd ergens anders door met mijn vrienden. Ik hield van een drankje, en dat merkte je. Vaak raakte ik in gesprekken verwikkeld met nieuwe mensen en schaamte kende ik nauwelijks, ik was altijd mezelf. Achteraf denk ik soms: had ik maar iets meer remmingen gehad. Maar op dat moment genoot ik van ieder feestje en was ik dankbaar voor het leven dat ik leidde.”

Van feest naar een nachtmerrie

“Ik had nooit verwacht dat mij zoiets zou overkomen. Ik zag geweld en verkrachtingen alleen in Amerikaanse films en series. Toch werd ik zélf verkracht toen ik zestien was. Het is pijnlijk om te vertellen, zelfs nu nog: anderhalf jaar later. Ik was uitgenodigd voor een verjaardagsfeest van een vriendin en haar broer. De hele middag was ik druk met het kiezen van mijn outfit. Ik had mijn haar en make-up gedaan en was er helemaal klaar voor. Eenmaal aangekomen op het feest was het hartstikke gezellig. We namen het ene drankje na de ander en ik genoot volop. Ineens kwam er een jongen naar me toe. Hij zei: ‘Een vriendin van je is buiten aan het overgeven en ze zoekt jou.’ Uiteraard wilde ik zo snel mogelijk helpen en liep mee, maar eenmaal buiten aangekomen was er helemaal niemand aan het overgeven. In plaats daarvan stond ik oog in oog met de jongen die mijn leven zou omgooien.

Ik wilde weglopen, maar hij greep mijn pols en trok me terug. Hij probeerde me te zoenen en ik draaide mijn hoofd weg, maar tevergeefs. Ik belandde op de grond en hij gebruikte me alsof ik een pop was. Ik voelde zijn hand over heel mijn lichaam glijden en veranderde in steen. Ik hoorde hem hijgen in mijn oor, maar ik kon niets: ik was compleet bevroren. Ik was niets meer dan een voorwerp voor hem en zo voelde ik me ook. Toen hij eindelijk ophield, bleef ik bewegingsloos liggen. Ik had totaal geen tijdsbesef. Ik wist helemaal niks. Na een tijdje keek ik of mijn vriendinnen me geappt of gebeld hadden, maar dat was niet het geval. Ik kleedde mezelf weer aan liep terug naar het feest. Onderweg kwam ik een van mijn vriendinnen tegen, samen liepen we naar de wc. Daar kwam alles eruit.”

De eerste stap naar herstel

“De volgende ochtend herinnerde ik me niets meer. Ik werd wakker in mijn kleding en stapte snel onder de douche, ik moest namelijk werken die middag. Onder de douche zag ik schaafwonden op mijn knieën en ellebogen. Vervolgens keek ik naar mezelf in de spiegel. Daarin zag ik niet alleen mijn spiegelbeeld, maar zag ik ook de hele avond voorbij flitsen. Ik realiseerde me wat er was gebeurd en voelde me zó vies. Ik heb mezelf minstens twintig keer met zeep gewassen en meer dan een uur onder de douche gestaan. Ondanks alles ging ik gewoon naar mijn werk, alsof er niets gebeurd was. Ook moest ik een morning-afterpil halen. Ik durfde niet alleen te gaan, dus appte een vriendin. Gelukkig wilde ze met me mee. Onderweg vertelde ik haar huilend wat er was gebeurd. Ze reageerde geschrokken, maar wilde me direct helpen. Ze zei: ‘Dit is niet niks, je kunt dit niet voor altijd voor jezelf houden.’ Ze liet me beloven dat ik het diezelfde avond nog aan mijn ouders zou vertellen.

Ik hield me aan mijn belofte en vertelde het aan mijn ouders. Ze bleven zeker een minuut lang stil. Ik zat daar op hun bed en wist niet meer wat ik moest zeggen. Het voelde alsof ik hen had teleurgesteld. Maar ze waren niet boos op mij. Ze waren boos op de jongen die het heeft gedaan. Ze vertelden dat ze mij hadden willen beschermen, maar dat dat hen blijkbaar niet gelukt was. Tegelijkertijd vonden ze het heel fijn dat ik het met hen gedeeld had.

 

“Twee weken lang ging ik niet naar school, ik voelde me te beschaamd.”

 

Die nacht begonnen de nachtmerries. Ik was bang voor alles en durfde niks meer. Mijn moeder belde de huisarts en ik kon vrijwel direct terecht. Daar deed ik mijn verhaal en kreeg ik een verwijzing voor therapie bij Mentaal Beter. Ook stuurde de huisarts me naar het ziekenhuis. Ik moest meerdere keren bloed laten prikken en kreeg medicijnen tegen soa’s mee naar huis die ik een maand lang moest slikken.

Twee weken lang ging ik niet naar school, ik voelde me te beschaamd. Ik voelde me zó verloren en was ontzettend moe doordat ik niet kon slapen, ik was namelijk bang voor de nachtmerries die ik dan weer zou krijgen. Ook vroegen mijn naasten, de huisarts en mensen in het ziekenhuis of ik aangifte wilde doen. Dat was erg pijnlijk om over na te denken: hoe moest ik nou aangifte doen met vrijwel geen enkele informatie over de dader? Ik wilde gewoon dat alles zou stoppen. Ik wilde geen pijn meer. Uiteindelijk heb ik naar mijn gevoel geluisterd en geen aangifte gedaan. Mijn eerste prioriteit was om weer gelukkig te worden.”

Herstel in stappen

“Na ongeveer een maand kon ik terecht bij Mentaal Beter en kreeg ik de diagnose PTSS (posttraumatische stressstoornis). Mijn behandeling startte met EMDR. En hoewel het flink doorzetten was, had het een erg goed effect. De herbelevingen die ik steeds had, begonnen af te nemen. Ik kon met minder angst door het dagelijkse leven gaan. Ook had ik een iets betere nachtrust doordat de nachtmerries afnamen. Die kleine progressies gaven me veel kracht om door te gaan. Omdat mijn therapeut wegens persoonlijke redenen wegviel, kreeg ik een nieuwe therapeut. Dat vond ik spannend, want ik moest mijn verhaal weer opnieuw doen. Gelukkig voelde ik me meteen op mijn gemak en werd ik goed geholpen. Ik mocht kiezen of ik verder wilde met EMDR of wilde overstappen naar een andere behandelmethode: imaginaire exposure-therapie. Omdat je bij imaginaire exposure net zo lang moet herhalen wat er is gebeurd, totdat het niet meer spannend en eng voelt om te vertellen, koos ik voor die behandelmethode. Ik vond het namelijk nog erg lastig om over de gebeurtenis te praten.

 

“Ik wilde mijn oude ik terug, maar die kwam en komt niet terug.”

 

Tegelijkertijd kreeg ik veel last van schuldgevoelens en schaamte over wat er was gebeurd. Ik vroeg me af: wat als ik niet was meegelopen? Wat als ik niet gedronken had? En wat als ik had teruggevochten? Als ik over straat liep, dacht ik dat mensen aan me konden zien wat er gebeurd was en daar een mening over hadden. Zelfs een vriend zei tegen me dat het mijn eigen schuld was. Hij was iemand die ik dacht te kunnen vertrouwen, zijn uitspraak maakte me erg van slag. Gelukkig maakte mijn beste vriendin me heel duidelijk dat het absoluut niet mijn schuld is.

Na de traumaverwerking had ik veel tijd om over mezelf na te denken. Ik was mijn zelfliefde kwijtgeraakt en vond mezelf afschuwelijk: ik voelde me een eng, vies monster. Het maakte me erg onzeker. Ik was erg bleek en voelde me nooit helemaal fit. Ook had ik veel moeite met het feit dat ik niet meer de dingen kon doen die ik vroeger het leukst vond. Ik wilde weer naar feestjes kunnen en kunnen drinken, net als mijn vrienden. Ik wilde mijn oude schoolresultaten terug, die waren namelijk niet meer wat ze waren geweest. Dat kwam doordat ik naast school naar therapie, stage en werk ging en ook nog wilde afspreken met vrienden. Ik wilde mijn oude ik terug, maar die kwam en komt niet terug. Ik had geen idee wat ik allemaal aan het doen was, maar wist wel dat wát ik nu deed, er niet voor zorgde dat de pijn stopte. Na heel veel praten in therapie begon ik, zoals mijn therapeut al aangaf, in te zien dat ik steeds wegrende van mijn gevoel. Ik realiseerde me dat dat niet werkte en ik de pijn alleen maar uitstelde.”

De kracht van hulp

“Sinds een tijdje ben ik klaar met therapie. Dat betekent niet dat ik mijn leven weer helemaal op orde heb en dat alles perfect is, maar de behandelingen hebben me zeker geholpen met mijn trauma. Het trauma heeft niet meer de kracht over mij, maar ik heb de kracht over mijn trauma. Ik heb weer hoop in het leven, ik durf weer naar feestjes en ik durf weer mijn eigen kleding aan. Ik ben niet meer zo zorgeloos als eerst, maar het is me gelukt om dat te accepteren. Ik kan nu praten over wat er is gebeurd en ik weet dat ik me hier niet voor hoef te schamen. Ook ben ik niet meer bang dat mensen me raar aankijken: ik wéét dat ik geen vies monster ben door wat hij me heeft aangedaan.

Zware dagen zitten er ook nog tussen, maar dat is prima. Ik heb geleerd dat je niet altijd gelukkig, vrolijk en blij kunt zijn. Er is nog geen dag voorbij gegaan waarop ik niet over de gebeurtenis heb nagedacht, maar ik kan er nu anders naar kijken dan voorheen. Waar ik voorheen nooit huilde over de gebeurtenis – zelfs tijdens therapie vocht ik tegen mijn tranen – laat ik de tranen er nu gewoon zijn. Ook nu ik klaar ben met therapie, werk ik nog hard aan mijn zelfbeeld dat flink wat deuken heeft opgelopen. Maar ik weet dat dat allemaal in mijn hoofd zit.

 

“Waar ik voorheen nooit huilde over de gebeurtenis – zelfs tijdens therapie vocht ik tegen mijn tranen – laat ik de tranen er nu gewoon zijn.”

 

Ik ben trots op het feit dat ik zover gekomen ben en ben dankbaar voor alle hulp die ik van mijn therapeut heb gekregen. Op momenten dat ik terugval naar mijn oude gedrag, zoals het vluchten voor mijn emoties, denk ik aan de dingen die mijn therapeut heeft gezegd en kan ik mezelf herpakken. Door haar hulp ben ik de persoon geworden die ik anderhalf jaar geleden absoluut nog niet kende. Ze heeft een speciaal plekje in mijn hart gekregen, ook al is ze niet meer aanwezig bij de stappen die ik nog steeds maak.”

Heb jij iets soortgelijks meegemaakt?

Je staat er niet alleen voor. Wat je is overkomen, is nooit jouw schuld. Het kan enorm helpen om erover te praten en professionele steun te zoeken. Er zijn organisaties en hulpverleners die naar je luisteren, je geloven en je kunnen ondersteunen in jouw herstelproces. Neem alsjeblieft contact op met een vertrouwde hulpinstantie of je huisarts.

* De naam van Emma is wegens privacyredenen gefingeerd, haar echte naam is bij ons bekend.

Privé delen
Publiek delen