KOPP/KOV staat voor Kinderen van Ouders met Psychische Problemen (KOPP) en Kinderen van Ouders met een Verslaving (KOV). Het kan gaan om één of beide ouders. In Nederland zijn er ieder jaar 405.000 ouders die te maken hebben met een psychische stoornis en/of een verslaving. Eén op de drie kinderen heeft hiermee te maken. Voor kinderen kan dit heel moeilijk zijn en een deel van deze kinderen ontwikkelt later zelf problemen. Je kunt deze kinderen helpen door een beschermende factor te zijn.
KOPP/KOV-kinderen, hoe herken je ze?
Kinderen van ouders met psychiatrische- of verslavingsproblematiek hebben een aantal gemeenschappelijke kenmerken:
- Ze hebben vaak meer taken en verantwoordelijkheden in het gezin – zowel praktisch als op emotioneel gebied – dan passend is voor de leeftijd. Hierdoor ontstaat parentificatie (rolomkering): het kind zorgt voor de ouder in plaats van andersom en komt hierdoor niet toe aan de normale ontwikkelingstaken. Ze verzuimen ook vaak van school.
- Veel kinderen schamen zich voor hun thuissituatie doordat het thuis anders is dan bij andere kinderen. Als gevolg hiervan kunnen ze zich terugtrekken uit sociale contacten en geen vriendjes meenemen naar huis. Ze kunnen last hebben van schuldgevoelens of hebben weinig vertrouwen in zichzelf en anderen.
- Deze kinderen zijn heel goed in het aanvoelen en lezen van andermans stemming en het oppikken van non-verbale signalen. Ze kunnen zich extreem aanpassen aan de wensen van de ouder maar kunnen ook juist een hele onverschillige houding aannemen.
- Veel kinderen hebben moeite om met hun emoties om te gaan en herkennen eigen wensen en behoeften niet meer, omdat deze altijd onderdrukt zijn. Ze cijferen zichzelf helemaal weg of zijn juist agressief en hebben beperkte sociaal-emotionele vaardigheden.
- Veel KOPP/KOV-kinderen hebben psychosomatische problemen, zoals terugkerende hoofdpijn- en buikpijnklachten, misselijkheid, slaapproblemen en eetproblemen. Ook kunnen ze last hebben van separatieangst.
Hoe kun je KOPP/KOV-kinderen helpen?
Uit onderzoek blijkt dat een derde van de kinderen met een psychisch zieke ouder zelf géén problemen krijgt. Helaas krijgt een derde tijdelijke (aanpassings)problemen en een derde ontwikkelt ernstige psychische klachten. Je kunt dan denken aan depressie, angst, schizofrenie en persoonlijkheidsstoornissen zoals borderline of een alcohol- en drugsverslaving. Over de factoren die dat risico vergroten of juist verkleinen raakt steeds meer bekend: één van de beschermende factoren voor deze kinderen is het sociale netwerk. Misschien heb je als leerkracht deze kinderen in je klas, is jouw kind bevriend met een KOPP/KOV-kind of krijg je op een andere manier met ze te maken. Wat kun je dan doen om een kind te helpen?
Signalering
Kinderen kunnen zaken goed verbergen. Als leerkacht of andere naaste is het belangrijk om alert te zijn op signalen zoals plotselinge gedragsveranderingen, lage cijfers of spijbelen. Er kunnen moeilijkheden thuis zijn of een plotselinge psychiatrische opname van een ouder. Als je de signalen op tijd bespreekbaar maakt, kan het kind op tijd steun krijgen en kan het gezin zo nodig doorverwezen worden naar anderen die zich bezighouden met preventie van KOPP/KOV-problematiek.
Ga het gesprek aan
Als leerkracht of als persoon in de buurt heb je contact met het gezin. Als je denkt dat er iets aan de hand is, onderneem dan actie. Ga er niet van uit dat er al hulp is geregeld. Je kunt proberen om het gesprek met het kind zelf of met de ouders aan te gaan. Vraag eens hoe het thuis gaat en welke zorgen er zijn. Het is belangrijk om de situatie bespreekbaar te maken. Het is van belang dat kinderen begrijpen wat er met hun ouder aan de hand is en dat ze in kindertaal (liefst door de ouders) uitleg krijgen over de psychische problemen of de verslaving. Vraag hulp bij de buurtteams of Jeugdgezondheidszorg (JGZ) als je het moeilijk vindt dit gesprek aan te gaan of als dit niet mogelijk is.
Aandacht en gewone dingen doen
Veel kinderen van ouders met psychiatrische of verslavingsproblemen kunnen bij weinig mensen hun verhaal kwijt. Een KOPP/KOV-kind zal zelf niet snel om aandacht of hulp vragen. Als je van de gezinssituatie afweet kun je het kind wat extra aandacht geven. Net als ieder kind willen KOP/KOV-kinderen graag ‘normaal’ zijn en gewone kinderdingen doen. Nodig het kind uit voor een verjaardagsfeestje of een dagje uit of vraag het om te komen spelen.
Biedt ouders ondersteuning
Natuurlijk hebben niet alleen de kinderen maar ook de ouders zelf veel aan hun hoofd. Soms lukt het niet meer om het thuis allemaal op orde te houden. Het kan helpen als ouders af en toe hun hart kunnen luchten bij iemand of wat taken kunnen uitbesteden. Je kunt misschien bijspringen met praktische dingen zoals het huishouden, boodschappen doen of administratieve taken. Je kunt ook aanbieden om het kind na schooltijd op te vangen of uit te nodigen voor het eten. Voor KOPP/KOV-kinderen en hun ouders is zo’n sociaal vangnet heel belangrijk.
Preventieve activiteiten
Preventie-afdelingen van veel ggz-instellingen en van sommige verslavingszorginstellingen organiseren bijeenkomsten voor KOPP/KOV-kinderen. Deze activiteiten dringen het risico op het ontwikkelen van psychische problemen bij het kind terug met 40%. Daarnaast bieden preventie-afdelingen ook individuele gesprekken voor kinderen en ouders aan. Op www.kopstoring.nl en www.kopopouders.nl. kunnen kinderen en ouders online hulp en informatie vinden.
Verwijzing naar hulpverlening
Als je merkt dat een kind of ouder meer nodig heeft dan een preventief aanbod, kan je ook extra hulp organiseren. Dit kan in gang gezet worden met behulp van de huisarts, het lokale wijkteam of Centrum voor Jeugd en Gezin.